Dit keer niet corona dat ons op de kant houdt, maar een welkom nieuw dak . Daarover gaat de nieuwe bijdrage van huisdichter Bob: dakloos.
DAKLOOS
Het dak is er af
Het asbest vervangen,
De loods is nu leeg
De riemen verhangen.
De vloot is ontmanteld
Van riggers ontdaan,
De roeier blijft onthand
Aan de waterkant staan.
Hij roept naar de dichter:
‘k Vind dit geen gezicht!
Kun jij ervoor zorgen
Dat het dak wordt gedicht.
De dichter, geen prater
Maar een man van het woord,
Schrijft zwijgzaam in de lucht
Dat roeier’s wens is gehoord.
Te laat beseft de poëet
Ondoordacht te zijn gezwicht,
Want met een vers of kwatrijn
Werd nimmer een dak gedicht.
De moraal van ’t verhaal,
Of iets in die geest,
Komt van de schoenmaker, die zegt:
Schrijver blijf dichter bij je leest.
Bob
Juni ‘20